
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994
Artikel 40
1
Het tijdvak waarover de belasting moet worden betaald is drie of twaalf maanden.
2
Een tijdvak vangt aan met ingang van de eerste of de zestiende dag van een kalendermaand.
3
Voor een in het buitenland geregistreerde autobus van een houder die niet in Nederland zijn hoofdverblijf heeft of is gevestigd welke autobus in Nederland feitelijk ter beschikking staat kan de belasting, in afwijking van het bepaalde in het eerste en het tweede lid, ook worden betaald over een tijdvak van 1, 3 of 15 dagen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.